‘Bescheidenheid siert de mens’ is een uitdrukking die Willy past als een jas. Ze is een reclasseringswerker die niet graag op de voorgrond treedt en zich bescheiden opstelt. Toch krijg je niet het gevoel hier met iemand te maken te hebben die zich de kaas van het brood laat eten. “Tegen cliënten zeg ik: ‘ik ben eerlijk en zal niet tegen je liegen. Lieg je wel tegen mij? Het zij zo. Het is jouw toezicht, niet het mijne.’” Vooruit, bescheiden én bijzonder nuchter. Een reclasseringswerker pur sang.
Wellicht komt Willy’s bescheiden en nuchtere karakter voort uit haar achtergrond. Haar moeder overleed toen ze negen was, waarna ze werd opgevoed door haar grootouders. Respect voor ouderen en ‘doe maar normaal dan doe je al gek genoeg’ zijn kernwaarden die binnen de Molukse gemeenschap gelden, en daarmee ook binnen haar gezin. Waarden waar ze volledig achterstaat, maar die haar in het werk soms in de weg zaten. “Ik liep op mijn 22e vanuit mijn HBO Jeugdwelzijnswerk stage bij de Raad voor de Kinderbescherming. Daar werk je met ouders en neem je beslissingen over hun kinderen. Vanuit de Molukse cultuur is dat not done. Ik moest echt leren hoe ik hen op een respectvolle manier kon adviseren in de opvoeding.” Ook bij de reclassering liep ze er soms tegenaan. “Dan had ik een Molukse, oudere collega, die ik in het dagelijks leven met ‘u’ en ‘tante’ zou bejegenen, maar op de werkvloer zei ik ‘jij’ en gebruikte ik haar voornaam. Dat voelde wel eens een beetje krom.”